Rekenen-wiskunde is van deze tijd en of het realistisch is hangt af van de inhoud van de opgaven. Realistisch is dat zoveel mogelijk leerlingen het gewenste niveau, horend bij het schooltype dat zij volgen, behalen. Vooral voor veel leerlingen, die praktijkonderwijs, voortgezet speciaal onderwijs, vmbo-basisberoepsgerichte of vmbo-kaderberoepsgerichte leerweg volgen, geldt dat zij onvoldoende profiteren van een banende (zelfontdekkende) instructiewijze, maar meer gebaat zullen zijn bij een sturende instructievorm en het leren gebruiken van vuistregels (Van Luit, 2023).
Rekenen met digitaal leermateriaal in het beroepsonderwijs
In dit artikel beschrijven we de context van rekenen in het beroepsonderwijs, de stappen van het instructie-ontwerp voor een online (virtuele) leeromgeving, en de effecten van deze online (virtuele) leeromgeving op leerresultaten, self-efficacy (competentiebeleving) en intrinsieke motivatie van studenten in het beroepsonderwijs.
Dyscalculie: praktijk en beleid in het vo
Leerlingen met dyscalculie hebben voor hen passend rekenonderwijs nodig om er voor te zorgen dat ze de schoolloopbaan die ze zijn begonnen ook af te kunnen maken. In dit artikel wordt bepleit dat de school de noodzakelijke maatregelen daartoe treft. De directeur van de school is het bevoegd gezag om dit mogelijk te maken.
Dyscalculie kan soms samengaan met dyslexie
In de wetenschappelijke literatuur wordt nauwelijks aandacht besteed aan het onderscheid tussen een ernstig rekenprobleem en dyscalculie (Van Luit, 2010). Voor gedragsdeskundigen is het gebruikelijk uit te gaan van crite-ria die in internationaal erkende classificatiesystemen, zoals de DSM-5 (2014) worden gebruikt, ondanks het feit dat er in de wetenschappelijke literatuur steeds vaker wordt gediscussieerd over deze wijze van indelen van stoornis-sen. Classificatiesystemen voor psychische stoornissen zijn ontwikkeld voor gebruik bij hulpverlening, opleiding en onderzoek. Problematisch is evenwel dat dyscalculie en ook dyslexie in de DSM-5 niet (meer) als zodanig zijn benoemd. Er wordt nu uitgegaan van de classificatie ‘Specific Learning Disorder’ die is onderverdeeld in stoornis 315.0 (lezen), 315.1 (rekenen) en 315.2 (schrijfvaardigheid), waarbij de criteria – wanneer wel/niet is voldaan aan de stoornis – uitermate vaag zijn.